Algemene Vergadering Vereniging Vlaamse Polders en Wateringen

Vrijdag 27 maart vond de Algemene Vergadering van de Vereniging voor Vlaamse Polders en Wateringen (VVPW) plaats in het Provinciaal Administratief Centrum van Gent. In de voormiddag konden de leden deelnemen aan een gegidste wandeling in Gent. In de namiddag stond het congres op het programma. Een goed gevulde zaal met een honderdtal aanwezigen luisterden aandachtig naar de inleiding van de voorzitter Jef Van Looy. Gevolgd door een toespraak van Peter Hertog, gedeputeerde Integraal Waterbeleid van de Provincie Oost-Vlaanderen. Ingrid D’hondt, bekkencoördinator, kreeg vervolgens het woord om de Gentse Kanalen toe te lichten.

Aansluitend volgde het panelgesprek waaraan ook Tinne Rombouts deelnam. Naast afgevaardigden van de twee andere Vlaamse meerderheidspartijen, gaf ook Tinne een inleiding met haar visie over de organisatie van het Integraal Waterbeleid en de plaats van de Polders en Wateringen daarin. Voor haar is het van belang dat de lokale kennis en knowhow bewaard blijven. Dat Polders en Wateringen niet enkel uitvoerders zijn, maar ook beschikken over eigen middelen. En dat een flexibele vrijwillige uitbreiding of fusie van Polders en Wateringen mogelijk moet zijn.

Na dit panelgesprek scheen Kor Van Hoof, Kabinetsadviseur van minister Schauvliege, het licht over de beleidsnota van de minister. Hij verkondigde dat er gewerkt wordt aan een vernieuwd wettelijk kader en vereenvoudigd instrumentarium voor bos, natuur en water: vernieuwd decreet natuurbehoud en Vlaams waterwetboek.  Daarnaast benadrukte hij dat ook in het waterbeleid het principe ‘de vervuiler betaald’ zal toegepast worden. Een ander principe dat Vlaanderen zal toepassen zijn de drie P’s: protectie (bufferbekkens, dijken), preventie (watertoets, veerkrachtig bouwen) en paraatheid (informatieplicht, overstromingsvoorspeller). Ook zal er geïnvesteerd worden in het (tijdelijk) vasthouden, het bergen en het (vertraagd) afvoeren van water, en daarbij specifiek in die volgorde.

Tot slot eindigde het congresgedeelte waarmee het begon: een toespraak van de voorzitter.  Hij benadrukte het belang van eigen financiële middelen en het behoud van belastingen voor Polders en Wateringen voor een goed beheer van de waterlopen, waarbij provinciebesturen inspraak kunnen hebben als toezichthouder.  Polders en Wateringen zouden moeten streven naar een hydrografische eenheid op deelbekkenniveau.  Daarbij zouden waterlopen, van de 1ste categorie die volledig in een deelbekken liggen, beheerd moeten worden door Polders en Wateringen. Kortom, de voorzitter streeft naar integraliteit van bestuur, beheersgebied en middelen.

Afsluitend kon op de receptie bijgepraat worden over de rol van de Polders en Wateringen in het Integraal Waterbeleid, je zou er voor minder dorst van krijgen.

Foto's