Boter bij de vis ...

Alleen voldoende budget biedt natuurdoelen én landbouw toekomstperspectief.

Europa legt Vlaanderen de realisatie van een aantal natuurdoelen op. Die zogenaamde instandhoudingsdoelstellingen hebben een grote impact  op onze Vlaamse landbouwbedrijven. Meer dan 1.500 bedrijven worden rechtstreeks getroffen in hun bedrijfsvoering. CD&V is uitgesproken voorstander van het realiseren van de vooropgestelde natuurdoelen, op voorwaarde dat de toekomst van onze Vlaamse landbouwbedrijven niet wordt gehypothekeerd. Op 19 december legde Joke Schauvliege haar inrichtingsnota op de tafel van de Vlaamse Regering. Sindsdien verliep het proces moeizaam, maar vandaag is de kogel door de kerk.  De inrichtingsnota, die het flankerend beleid omschrijft voor de bedrijven met een code rood, werd op 30 januari door de Vlaamse Regering goedgekeurd. Wat nu nog rest is het budgettaire plaatje. Want zonder een redelijke vergoeding voor de getroffen landbouwbedrijven is alles een maat voor niets.

“Zou deze week, de week van de waarheid zijn?”, vroeg Tinne Rombouts zich meermaals af. Tijdens de hoorzitting in het Vlaams parlement werden vaak dure woorden gesproken. Persberichten verschenen om aan te geven dat men de landbouwsector begreep en zelfs op de landbouwbeurs, een hoogdag voor de landbouwsector, gaf minister-president Geert Bourgeois mee dat “landbouw de eerste beschermer is van natuur”. Toch liet een regeringsbeslissing op zich wachten. Te vaak werden landbouw en natuur de voorbije weken tegen elkaar uitgespeeld, terwijl ze perfect in evenwicht kunnen worden gebracht.

De inrichtingsnota is een eerste belangrijke stap. Dat het aantal getroffen bedrijven nog kan dalen door het verkleinen van de zoekzones, is toe te juichen. Maar de essentie van de zaak ligt momenteel elders. Bedrijven die getroffen worden door de Europese natuurdoelen, moeten op een correcte manier vergoed worden of de kans krijgen om hun bedrijf anders of elders uit te bouwen met voldoende toekomstperspectief.

Keuzevrij ondernemen

De essentie van een ondernemer ligt in zijn zelfstandigheid en keuzevrijheid, en dus moet de landbouwer-ondernemer de vrijheid krijgen naar eigen goeddunken de aangeboden keuzemogelijkheden te evalueren.

Tinne Rombouts: “Daarom bleef de keuzevrijheid voor de getroffen landbouwers en maatwerk voor elk bedrijf voor CD&V steeds een strijdpunt. Gelukkig is minister Schauvliege erin geslaagd dat principe te verankeren in de inrichtingsnota.”

Rombouts maakt zich nu op voor de volgende stap: ervoor zorgen dat de extra budgetten die zijn voorzien in het regeerakkoord ook effectief ingezet worden om die keuzevrijheid te garanderen.

Eerlijk budget

Die budgetten zijn beperkt, en dus dringt Tinne Rombouts aan op een eerlijke discussie. Momenteel eisen natuurverenigingen en hun voorsprekers dat voor elke 1 euro die naar landbouw gaat, er 4 worden geïnvesteerd in natuur.  En dat terwijl in deze context elke landbouweuro niet de verrijking van de landbouw tot doel heeft, maar de realisatie van extra natuur.

Als deze valse tegenstelling overeind blijft, wordt een vergelijk onmogelijk. Landbouwers zijn immers geen vragende partij om hun bedrijf om te vormen, te verplaatsten of stop te zetten. Het enige wat de landbouwer wil, is landbouwer blijven. Hij wil de zekerheid terug die hij gisteren nog had, maar hem vandaag is ontnomen.

Tinne Rombouts: “CD&V wil én de opgelegde natuurdoelen halen, én de toekomst van onze landbouw veilig stellen. Maar als de overheid een beslissing neemt met een dergelijke impact op onze bedrijven, dan moet ze haar volle verantwoordelijkheid nemen en zekerheid bieden. Je kan de boel niet onder water zetten, zonder ervoor te zorgen dat iedereen voldoende kan zwemmen om veilig de oever te bereiken.”

De goedkeuring van de inrichtingsnota is dus geen eindpunt in het dossier. Het echte werk start pas nu. CD&V wil dat de timing verder gerespecteerd wordt, voor o.a. de opmaak van de V-PAS en het flankerend beleid voor de getroffen bedrijven met code oranje.

“Als alle partijen het menen wanneer ze zeggen dat onze landbouwers correct behandeld en vergoed moeten worden, hoeft dit proces hen niet nodeloos lang te gijzelen. Met alleen lippendienst geraken we er niet. Er is maar één ding dat landbouwers terug toekomstperspectief biedt: boter bij de vis,” besluit Tinne Rombouts.